Ayaan wordt in 1969 in Somalië geboren als dochter van een oppositieleider die in 1976 zijn land ontvlucht en via Ethiopië en Saudi-Arabië uiteindelijk in Kenya terechtkomt. Op haar tweeëntwintigste wordt ze tegen haar zin uitgehuwelijkt, maar ze laat bij de plechtigheid verstek gaan en vlucht naar Nederland. Ze neemt afstand van de islam, maar niet van haar moslimachtergrond. Ze krijgt asiel, leert Nederlands en gaat politicologie studeren. Ze treedt op als tolk in abortusklinieken en blijf-van-mijn-lijfhuizen en krijgt dan een baan als onderzoekster bij de Wiardi Beckman Stichting, het wetenschappelijk bureau van de Partij van de Arbeid. In tijdschriften en kranten neemt ze steeds meer afstand van de islam en ook van de PvdA. Ze spreekt zich uit over het verband tussen de islam, de vrouw en de moeizame integratie van Nederlandse moslims, ze moet onderduiken en vlucht naar de Verenigde Staten. Wat heeft ze allemaal beweerd? In een bundeling van haar artikelen stelt ze: 'Een moslimvrouw heeft meer status naarmate ze meer zonen heeft. Als mijn oma werd gevraagd hoeveel kinderen ze had, zei ze : 'Eén.' Ze had negen dochters en een zoon. Dat zei ze ook over ons gezin. Dat we maar één kind hadden. 'En wij dan?' vroegen mijn zus en ik. 'Jullie gaan voor ons zoontjes krijgen', antwoordde ze. Mijn toekomst: 'een zoontjesfabriek'.' Bij de Partij van de Arbeid vond ze aanvankelijk haar draai. Maar haar drijfveer, namelijk opkomen voor mishandelde allochtone vrouwen die onder moeten duiken in blijf-van-mijn-lijfhuizen, evenals haar aandacht voor de sociaal-culturele factoren die aan hun onderwerping ten grondslag liggen, kreeg ze niet goed op de socialistische agenda. Volgens Ayaan verklaarde de PvdA jarenlang bepaalde onderwerpen taboe. Toen de spanningen tussen de bevolkingsgroepen hoog opliepen, was volgens haar de strategie er een van zwijgen en het ontwijken van lastige vraagstukken. De multiculturisten in de PvdA keurden volgens haar stilzwijgend de houding van de moslimconservatieven goed, waarmee ze ruimte gaven aan vrouwonderdrukkende gewoonten en gebruiken. Op haar schuiladres in Los Angeles kreeg ze plots bezoek van Neelie Peper-Kroes, oud-minister en vooraanstaand VVD-coryfee. 'Waarom kom je niet bij ons?' luidde haar vraag. 'Je krijgt een goede plaats op de kieslijst.' Ayaan zei ja, want als kamerlid meent ze haar onderwerpen op de politieke agenda te kunnen krijgen. De liberale opstelling van de VVD spreekt haar aan, ver weg van het simplisme. 'De Nederlandse samenleving is rijp voor een echt begin van emancipatie en integratie. De ontwikkelingen in de internationale arena maken Nederland tot een open land, dat sterk afhankelijk is van handel met andere landen en uitermate gevoelig voor talloze externe factoren die buiten onze grenzen ontstaan. Zo is de uitbreiding naar het Oosten een feit.' Wat zegt het partijprogramma van de VVD? Subsidies die louter gericht zijn op etnische groepen moeten worden afgeschaft. Migranten die zich al in Nederland gevestigd hebben, moeten de Nederlandse taal machtig zijn en zich gedragen naar de in de Grondwet opgenomen normen en waarden. In het onderwijs moet aandacht besteed worden aan de inhoud van de Grondwet. Inburgeringscursussen worden verplicht, wie daar niet aan meedoet loopt het risico van sancties. En wat heeft de PvdA in haar verkiezingsprogramma staan? De overheid moet voldoende mogelijkheden bieden om migranten taal- en inburgeringscursussen te laten volgen. Niet-Nederlanders krijgen kiesrecht, migranten moeten zich vertrouwd maken met de in Nederland geldende normen en wetten, zoals het beginsel van gelijkwaardigheid van man en vrouw en van homo- en heteroseksuelen. Bij woningtoewijzing krijgen gemeenten een belangrijke taak in het voorkomen van eenzijdig samengesteld woonwijken. De politieke programma's lijken dus erg sterk op elkaar, zodat de overstap van Ayaan ook aan politieke berekening mag worden toegeschreven.
De Financieel-Economische Tijd van 17 januari 2003.