Wie zelfbeschikking nastreeft, vergeet inschikkelijk te zijn

De drang naar zelfbeschikking, van individuen zowel als van bevolkingsgroepen, baart Ludo Dierickx grote zorgen. De mensheid dreigt daardoor in een duivelse kringloop terecht te komen

RONDOM onze bewoonde planeet, vooralsnog enig in haar soort, is er, menselijk gezien, oneindigheid in alle richtingen, oneindigheid in tijd en ruimte. Duizelingwekkend, als je het bedenkt.

Van al de miljarden jaren die de aarde bestaat, kan één soort aardbewoners er een aantal bewust meemaken: 70, 80, 90 als het meevalt. In die tijd kunnen ze vragen stellen, onnoemelijk veel, ook vragen betreffende hun vermogen vragen te stellen.

De leden van deze soort hebben nog een ander kenmerk waardoor ze zich onderscheiden van de andere schepselen op aarde, namelijk een groot lijdensvermogen. Ze kunnen intens en langdurig lijden. Dit is het gevolg van hun groot weet- en beperkt vergeetvermogen.

In tegenstelling, waarschijnlijk, tot alle andere levende wezens, kunnen mensen weten welk lijden hen onafwendbaar te wachten staat en eens geleden leed kan hen een leven lang zwaar belasten. Denk aan het leed van ouders die kinderen verloren. Zij kunnen niet vergeten, ook als ze dit zouden willen. Het leedvermogen is immens, het vergeetvermogen beperkt. Dit behoort tot de tragiek van ,,la condition humaine''.

Door hun ongewone kwetsbaarheid en groot leedvermogen zijn menselijke wezens meelijwekkend en medelijdenswaard. Dit zou een reden moeten zijn om gedurende het korte verblijf op aarde voor elkaar goed, verdraagzaam, hulpvaardig en inschikkelijk te zijn.

Dit is niet het geval. Velen zijn niet bereid zich te schikken. Ze staan op hun zelfbeschikkingsrecht. Als enkelingen dit doen en zelf willen bepalen wat recht en onrecht is, wat goed en kwaad is, belanden ze al vlug in een of andere instelling, als gestoorden of misdadigers. Professor B.V.A. Röling noemde misdadigheid de zelfbeschikking of soevereiniteit van het ik en het ogenblik.

De toestand is anders, als niet individuen of kleine benden, maar grote bevolkingsgroepen, onder leiding van culturele en politieke leiders (als een Jörg Haider) dit doen en weigeren zich te schikken, aanspraak maken op het recht zelf te bepalen wat goed en kwaad is en zelfbeschikkingsrecht en vetorecht opeisen.

Als de eis uitgaat van een volksgemeenschap wordt de zaak anders bekeken. De eis is dan respectabel. Het recht wordt een heilig recht.

Waarom dit zo is, is een discussie waard. Zeker is dat het zelfbeschikkingsrecht van de volkeren en de naties de diepere oorzaak is van koude en warme oorlogen, van massale slachtpartijen, onrecht en uitbuiting. Lees Emery Reves' Anatomy of peace(1947). Achter het idee van de soevereiniteit en het streven naar zelfbeschikking verbergt zich collectief egoïsme. Er wordt niet gezegd ,,Eigen volk eerst'', want dat is niet netjes, maar men is wel voor het zelfbeschikkingsrecht om eerst aan het belang van het eigen volk te kunnen denken, wat op hetzelfde neerkomt.

Zeker is dat dit ,,heilige'' recht der volkeren de oorzaak is van massaal lijden; even zeker is dat het door de machtigen bijna nooit werd aangevochten (de jongste tijd is er wel een evolutie te bespeuren) omdat ze niet bereid zijn hun eigen (nationale) machtsbasis te ondergraven.

DE tegenstelling valt op. Enerzijds is er de grote eenheid die alle aardbewoners zou moeten verbinden en aanzetten tot grote solidariteit. In wezen zijn alle mensen gelijk, niet alleen in hun lijdensvermogen, maar ook op andere gebieden. Kinderen spelen probleemloos met elkaar, alle mannen kunnen samen met alle vrouwen gezonde kinderen het leven schenken...

Anderzijds slagen leiders er voortdurend in de solidariteit te verbreken en de aardbevolking te compartimenteren op basis van bijkomstige factoren: waterlopen, kusten, bergketens, verschillen in taal (ze zeggen hetzelfde met andere woorden), religie (ze bidden anders), geschiedenis, gewoonten, welstand...

Met het oog op machtsbehoud en machtsverwerving worden bijkomstige verschillen opgeblazen, aangewezen als irriterend, gedramatiseerd, beschouwd als bedreigend en verheven tot criteria voor natievorming en tot reden om solidariteitsbanden te verbreken en het zelfbeschikkingsrecht op te eisen -- ook om zich te weren tegen machten die van dit recht misbruik maken, waardoor de mensheid in een duivelse kringloop terechtkomt. Leiders pleiten voor zelfbeschikking, autonomie, confederalisme; niet voor decentralisatie en federalisme.

De aarde wordt kleiner en steeds meer bevolkingsgroepen eisen, aangevuurd door potentaten en aspirant-potentaten, zelfbeschikking om zich aan regels te kunnen onttrekken, om zich te kunnen bewapenen, om de mensenrechten op hun manier te kunnen eerbiedigen, om koude oorlogen te kunnen voeren... Of, zoals bij ons, om onafhankelijk van anderen in het eigen belang autonoom te kunnen beslissen over handel, wapenhandel, tabaksreclame, verkeer, milieu...

Deze evolutie wordt door velen gezien als normaal en liggend in de lijn van de geschiedenis. De vraag is echter: wat gebeurt er wanneer morgen de 5.000 à 6.000 taalgemeenschappen in de wereld, alle potentiële natiestaten, dezelfde ondoordachte eisen gaan stellen als Vlaamse en Waalse leiders?

Quid, als morgen de roep naar zelfbeschikking, met in hun zog, zoals A. Spinelli hen noemde, de profiteurs van de nationale soevereiniteit, het wereldtoneel gaan bezetten? Velen hebben een goed geweten en voelen zich nog steeds sterk door de niet zo oude idee dat de wereldrechtsorde moet rusten op de soevereiniteit der naties. Een mooie contradictie.

Denken we even aan de tragiek van ,,la condition humaine'' en de acuut toenemende behoefte aan solidariteit (zie strijd om drinkwater) tussen de aardbewoners en het debat over de verdere staatshervorming en de relatie tussen Vlamingen, Walen, Brusselaars en Duitstalige Belgen krijgt een totaal nieuwe betekenis.

Het gaat om veel meer dan om het behoud van een staatsstructuur. Het gaat om een grensoverschrijdende politieke verantwoordelijkheid in het begin van het derde millennium. Noem dit een conservatief streven.

(De auteur is voorzitter van B Plus.)


De Standaard van 23 februari 2000.