Krantenknipsels bij De Brug 27 - inentingen

1) De Standaard van 4 maart 2000 :

Lobby-geneesmiddelen uit gratie

BRUSSEL -- De minister van Sociale Zaken, Frank Vandenbroucke, stelt voor om de geneesmiddelen Lysomucil en Lysox, en de generische geneesmiddelen op basis van dezelfde molecule niet langer terug te betalen. Daarmee komt waarschijnlijk een eind aan een hilarisch verhaal dat meer met politiek dan met gezondheidszorg te maken heeft.

Lysomucil en Lysox zijn twee geneesmiddelen die vrij verkrijgbaar zijn om het ophoesten van fluimen te bevorderen. Ze worden alleen terugbetaald voor de behandeling van chronische bronchitis, maar het staat helemaal niet vast of het ook zin heeft om ze te gebruiken.

Precies onder de voorwaarde dat de Italiaanse producent Zambon zou onderzoeken of zijn middel wel een werking heeft, werd Lysomucil in november 1997 andermaal terugbetaald. Andermaal, want het middel werd in de jaren negentig al eens uit de terugbetalingsregeling gegooid wegens de beperkte werking als hoestmiddel.

Even later kreeg ook concurrent Lysox de terugbetaling. En daarmee was het politieke evenwicht hersteld. Lysomucil werd namelijk gesteund uit christen-democratische hoek, achter de terugbetaling van Lysox wordt de lobbying van de loge vermoed.

Die invloed was zo groot dat de toenmalig minister van Sociale Zaken, Magda De Galan (PS), alle procedureregels negeerde om Lysox zo snel mogelijk terug te betalen. Volgens het kb dat de terugbetaling regelde, zouden sommige Riziv-organen al advies hebben geleverd over de terugbetaling, nog voor producent Menarini een aanvraag tot terugbetaling had ingediend, een grove onzorgvuldigheid dus.

Dat was ook concurrent Zambon niet ontgaan. Zambon vroeg en kreeg van de Brusselse rechtbank een dwangsom van 25.000 frank per terugbetaling van Lysox. Dat had De Galan tot een ander inzicht moeten brengen, zou je zo zeggen, maar er gebeurde niets. Lysox bleef terugbetaald, terwijl de dwangsom liep.

Uiteindelijk besloot De Galan om de geschiedenis te herschrijven. Ze vaardigde begin vorig jaar, toen de potentiÎle dwangsom al in de honderden miljoenen liep, een nieuw kb uit dat de terugbetaling van Lysox met terugwerkende kracht in orde bracht. Het advies van de Raad van State over zo'n poging was nochtans erg negatief. De Raad liet er weinig twijfel over bestaan dat ook dit kb onwettig was.

De zaak is uitgemond in een kluwen van rechtszaken voor de Brusselse rechtbank en de Raad van State. Straks hoeft het niet meer, want de minister van Sociale Zaken, Frank Vandenbroucke, gaf de Technische Raad voor Farmaceutische Specialiteiten donderdag de opdracht om zich uit te spreken over het terugtrekken van Lysomucil en Lysox uit de terugbetalingsregeling.

Opmerkelijk is dat het christelijk ziekenfonds daar niet zo voor te vinden is. Het ziekenfonds wijst er nu op dat veel patiënten het middel voorgeschreven krijgen. In het begin van de jaren negentig drong het er nog op aan dat het middel niet meer zou worden terugbetaald.

2) De Morgen van 3 maart 2000 :

BORSTKANKERSCREENING Er zijn ook nadelen aan verbonden

In januari nog pleitte de Gentse professor Christian de Potter voor een grootschalige aanpak van borstkanker bij vrouwen door een federaal georganiseerde screening. Want door vrouwen te screenen ontdek je borstkanker Èn dat redt levens. Maar is screening wel het wondermiddel dat borstkanker uit de wereld kan helpen? Dr. Luc Bonneux, epidemioloog, plaatst kritische kanttekeningen bij kankerscreening. De bevolking wordt namelijk slecht geïnformeerd over de voor- Èn de nadelen ervan.

In 1922 schreef de Franse Nobelprijswinnaar Jules Romains zijn hilarische meesterwerk: Dr. Knock of de Triomf van de Geneeskunde. Dr. Knock is een dassenverkoper, die zichzelf omschoolt tot arts, omdat daar nu eenmaal meer geld mee te verdienen valt. Hij koopt een plattelandspraktijk, maar helaas, die boeren blijken allemaal kerngezond. De oplossing die dr. Knock bedenkt, is even eenvoudig als geniaal. Hij maakt de mensen bang voor verborgen ziekten en op marktdagen verricht hij gratis onderzoek. Een van de stellingen van dr. Knock is: "Gezondheid is een verouderd begrip, er bestaan alleen onvoldoende onderzochte mensen."

Zo is het ook met screening, vroegtijdige opsporing, of check-ups. Ze hebben een aantoonbaar effect op de bankrekening van wie ze uitvoert. De patiënt is er gelukkig mee. Maar vaak betaalt hij een zware prijs. Het is namelijk niet zo zeker dat hij ook echt ziek was. Borstkankerscreening is nochtans de enige vorm van kankerscreening die goed werkt. Het doet de sterfte aan borstkanker dalen en het is niet echt duur. Het is daarmee de 'best case'. Maar zelfs in deze best case moeten de onderzoekers opletten, want bij het minste falen overvleugelen de nadelen razendsnel de voordelen. Een eerste reden is dat borstkanker in het geheel van alle oorzaken van ziekte en sterfte toch onvermijdelijk beperkt is. In een land met hoge borstkankersterfte sterven er ongeveer 3 à 4 procent van de vrouwen aan de ziekte.

Screening doet de borstkankersterfte dalen met ongeveer 30 procent, maar enkel in de leeftijdsgroepen tussen 50 en 69 jaar. De totale sterfte daalt daardoor met niet veel meer dan 0,5 procent, maar je hebt wel alle vrouwen tien keer moeten screenen. Borstkankerscreening is daarmee een echte loterij. Wie het groot lot wint, 1 op de 200 deelnemers, strijkt bijna twintig levensjaren op. Alle anderen betalen mee het gelag, en sommigen niet weinig. De totale winst in levensverwachting voor de hele groep is minder dan twee maanden.

Het is de bedoeling van screening om een kankergezwel vroeger te ontdekken. Dat heet in het Engels lead time, 'voortijd'. In plaats van bijvoorbeeld een kankergezwel te ontdekken op de leeftijd van 55 jaar, wordt het nu opgespoord op de leeftijd van 53: er is twee jaar 'voortijd'. Maar de helft van de vrouwen die oorspronkelijk zonder screening borstkanker gekregen hadden, zouden ook zonder screening genezen zijn. Die ruilen twee jaar van hun gezonde, vrij onbezorgde leven in voor twee extra jaren waarin ze leven met het besef dat ze kanker hebben. Zelfs als er wel gescreend wordt, zal een derde van de vrouwen bij wie kanker wordt ontdekt toch overlijden. Die leveren ook zorgeloos leven in, voor een paar jaren extra kennis van de ziekte die hen uiteindelijk zal doden.

'Duurtijd' (length time) is een nog misleidender proces. Sommige gezwellen groeien heel snel: die zijn heel kwaadaardig. Andere groeien heel traag: die zijn minder agressief. Screening zal vooral de trage groeiers opsporen. Snelle groeiers, die snel doden, worden gemakkelijker gemist, omdat de kans het gezwel tijdig te ontdekken veel kleiner is. Screening neigt dus vooral die gezwellen te vinden die we helemaal niet zoeken. Meer nog, het spoort ook tumoren op die helemaal niet zouden groeien. Dat heet pseudodiagnose in het screeningsjargon. Grote gezwellen zijn ooit klein geweest, maar kleine gezwellen worden niet per definitie groot. Hoe kleiner en lokaler het gezwel, hoe groter de kans dat het gezwel nooit zou groeien.

Bij autopsiestudies van vrouwen tussen de 40 en 50 jaar zonder kanker werd toch borstkanker gevonden bij liefst 39 procent van alle vrouwen; 16 procent had kanker in beide borsten. Van deze kankers bleek ongeveer de helft terug te vinden op de mammografie (de radiografie van de borsten), gemaakt na overlijden. Eén procent van deze vrouwen zou ooit echt kanker gekregen hebben op deze leeftijd. Deze kleine, lokale kankergezwellen genezen waarschijnlijk grotendeels spontaan.

Het toenemende aantal zeer vroege, lokale vormen dat opgespoord wordt, is daarom niet iets om trots op te zijn, wel integendeel. Het merendeel van die tumoren zou nooit doorgroeien. Het toenemende voorkomen van borstkanker wordt vaak voorgesteld als een reden om nog intensiever te screenen. Het is echter net door het screenen dat er meer borstkanker gevonden wordt. Denk aan dr. Knock: wie goed zoekt, die zal vinden. Voor ieder voorkomend geval van borstkankersterfte wordt er - voorzichtig geschat - één extra 'gezwel' opgespoord, als er heel zorgvuldig over het proces gewaakt wordt. Naarmate de screeningsapparatuur gevoeliger wordt, brengt ze meer vroege, lokale gezwellen aan het licht die spontaan zouden genezen.

De geneeskunde triomfeert nochtans: het merendeel van de gescreende patiënten zal zijn diagnose overleven en zal de geneeskunde dankbaar zijn. Weinigen, inclusief de artsen, beseffen dat ook zonder screening het merendeel van hun patiënten niet aan borstkanker overleden zou zijn. Sommigen zouden zelfs nooit geweten hebben dat ze ooit kanker hebben gehad.

Voor ieder voorkomen geval van borstkankersterfte zul je ongeveer 200 vrouwen tien keer moeten screenen door middel van een mammografie. Die mammografieën, en de mensen die ze moeten interpreteren, zijn niet volmaakt. Vergissingen zijn onvermijdelijk. Er wordt van uitgegaan dat voor iedere terecht als 'verdacht' omschreven mammografie ook één onterecht 'verdachte' mammografie bestaat. Dat zijn ongeveer de cijfers van borstkankerscreening: voor ieder 'echt' gezwel is er één keer vals alarm. Dat wordt gelukkig rechtgezet door verder onderzoek, maar het spreekt vanzelf dat de betrokken vrouw bijzonder bezorgd is.

Als we het geheel in cijfers gieten, dan zouden er op 200 vrouwen tussen 50 en 70 jaar vier met borstkanker gevonden worden zonder screening, van wie er twee zouden sterven. Als deze bevolking gescreend wordt (en met niet te gevoelige apparatuur), dan zullen er vijf gevallen van borstkanker gedetecteerd worden, en slechts één patiënte zal overlijden. De totale sterfte daalt dus met 0,5 procent. Ongeveer vijf vrouwen zullen foutief vernemen dat ze waarschijnlijk kanker hebben, wat later gelukkig hersteld wordt. Dat zijn de meest optimistische cijfers, in het geval van zeer zorgvuldig bewaakt onderzoek.

Screening is ingewikkeld, moeilijk en gevaarlijk omdat het zich richt op gezonde personen. Daarom zijn de baten ook steeds gering, terwijl de schade potentieel groot is. Er zijn immers veel meer mensen zonder dan met de ziekte. Borstkankerscreening is de 'best case', en in zeer zorgvuldig gecontroleerde omstandigheden wegen de baten, die geconcentreerd worden in die ene vrouw op 200 van wie het leven gered wordt, op tegen de schade, die bestaat uit bezorgdheid, angst en overbodige behandelingen. Maar net omdat er veel meer gezonde dan zieke vrouwen zijn, levert een minder dan volmaakte organisatie onmiddellijk heel veel extra gezondheidsschade op, in de vorm van meer foutieve tests en meer overbodige kankeroperaties.

Een goed opgezette, federale of regionale organisatie die dwingende maatregelen kan nemen om de kwaliteit van het uit te voeren bevolkingsonderzoek te bewaken, is daardoor absoluut geen luxe, maar botst wel met de heersende medische cultuur in België. Bij vroegtijdige opsporing van kanker wordt de gebruiker nooit een volledige 'bijsluiter' geleverd. De voordelen worden schaamteloos rooskleurig voorgesteld, over de nadelen wordt zelden gerept. 'Vrijheid van keuze' is echter enkel mogelijk bij goede en volledige informatie.

Er wordt van uitgegaan dat voor iedere terecht als 'verdacht' omschreven mammografie er ook één onterecht 'verdachte' bestaat

3) De Standaard van 26 januari 2000 : INNOGENETICS Eerst een patent, nu een partner

Er is beterschap in zicht voor de geplaagde aandeelhouders van het Gentse biotechbedrijf Innogenetics. Na de melding dat het bedrijf een exclusief Amerikaans patent heeft gekregen voor de ontwikkeling van een vaccin en een behandeling tegen hepatitis C, schoot het aandeel gisteren liefst 40 procent de hoogte in tot 22,5 euro. Er werden bijna 580.000 aandelen verhandeld, ruim het tienvoudige van het ,,normale'' dagvolume.

Innogenetics noteert nu op het hoogste peil sinds begin november, maar wel nog een goede 50 euro onder de koerspiek van april 1998.

Volgens Damien Marichal, analist bij het beurshuis Petercam, verhoogt het patent de kansen van Innogenetics op een alliantie met één of meer grote vaccinproducenten. Het vinden van zo'n grote farmapartners was hèt sleutelelement van het herstructureringsplan dat Innogenetics onlangs voorstelde. Toch wacht het bedrijf nog een ,,lang en moeizaam'' herstel, denkt Marichal.

Het patent slaat op twee eiwitten die een cruciale rol spelen bij de besmetting door het hepatitis C-virus. Alle bedrijven die een diagnose- of behandelingsmethode willen ontwikkelen op basis van die eiwitten, zullen voortaan eerst bij het Gentse bedrijf moeten aankloppen. Ook het Amerikaanse bedrijf Chiron ontwikkelt zo'n vaccin.

Wereldwijd lijden zo'n 170 miljoen mensen aan die ziekte, onder wie 4 miljoen Amerikanen. Bij een vijfde van de patiënten leidt een besmetting tot levercirrose.

4) De Morgen van 12 februari 2000 :

Overmatige hygiëne leidt tot astma

Overmatige hygiëne en steriele omgevingen kunnen de oorzaak zijn van het toenemende aantal mensen in de westerse landen die aan astma en allergieën lijden. Dat stellen Italiaanse onderzoekers in de British Medical Journal. Veel artsen gaan ervan uit dat ziektes in de jonge jaren van kinderen belangrijk zijn om voor een goed immuunsysteem te zorgen. De Italiaanse studie vond een veel minder grote aanleg voor astma bij mensen die tijdens hun jeugd in een verontreinigde omgeving hadden geleefd dan bij degenen die veel minder aan ziektekiemen waren blootgesteld. De wetenschappers onderzochten ruim 1.600 kadetten van de Italiaanse luchtmacht. Astma is een van de snelst groeiende infectieziektes ter wereld. Wereldwijd kampen ongeveer 150 miljoen mensen met de ziekte.

5) Gazet van Antwerpen van 13 december 1999 :

"Dit is erger dan aids"

LEUVEN - "De jongste jaren word ik overspoeld met hepatitis C-meldingen", zegt leverspecialist professor Frederik Nevens (UZ Gasthuisberg). "De ziekte is veel erger dan aids want er zijn veel meer mensen besmet, zo'n 150 miljoen. Het enige verschil is ze minder in de kijker loopt omdat het virus zo traag en sluipend werkt."

Virus

Hepatitis C maakt steeds meer slachtoffers

Vorige vrijdag kwam voor het eerst het Hepatitis C-Forum naar buiten met alarmerende getuigenissen. En sinds begin december worden alle baby's ingeÎnt met een vaccin tegen hepatitis B. Wat is het verschil tussen A, B en C? Waarom duikt nu plots die nieuwe variant op? Hoe ervaart een patiënt de ziekte?

In België zijn er zo'n 100.000 mensen geïnfecteerd, maar de meesten daarvan lopen onbekommerd rond. Ze weten niet dat ze drager zijn van het virus, dat pas in 1989 ontdekt werd. "Soms voelen ze zich moe of misselijk, hun gewrichten doen pijn, maar bijna niemand legt de link met hepatitis."

Dat hoeft ook niet meteen, want in 20% van de gevallen word je als virusdrager niet echt ziek, of je geneest spontaan. Maar in 80% van de gevallen steekt de ziekte na tien tot dertig jaar de kop op in de vorm van chronische leverontsteking. Van deze patiënten krijgt 40% levercirrose, wat in de helft van de gevallen tot kanker leidt, zodat een levertransplantatie zich kan opdringen.

Vitaal

De meest bekende vormen van hepatitis waren tot dusver A en B.

Omdat de lever zo'n vitaal orgaan is, dat ondermeer de afbraak van giftige stoffen voor zijn rekening neemt, betekent elke verzwakking ervan een vermindering van de levenskwaliteit.

Type A (HPA) is de relatief goedaardige vorm, wel erg besmettelijk maar zonder ernstige gevolgen; na 3 of 4 weken gaat het gevoel van onpasselijkheid meestal vanzelf over.

Erger is het gesteld met type B (HPB), dat dezelfde gevolgen heeft als C. Ook de oorzaken lopen in grote mate gelijk: meestal via contact met besmet bloed. Druggebruikers zijn een belangrijke risicogroep vanwege de besmette injectienaalden: 70% van de intraveneuze druggebruikers zijn besmet. Ook via tatoeage- en piercingnaalden kan het virus worden overgebracht.

Anders dan bij HPB wordt HPC uiterst zelden overgedragen door seksueel contact. In 40% van de gevallen is de oorzaak onbekend, een raadsel dat de specialisten intrigeert. Wat wèl vaststaat is dat het virus zich lekker voelt bij alcoholgebruik.

Het grote verschil tussen B en C is dat preventie en behandeling bij deze laatste moeilijker is, vooral omdat er nog geen doeltreffend vaccin is uitgevonden.

Professor Nevens kijkt tegelijk met pessimisme en optimisme de toekomst tegemoet. "Sinds 1990 worden het bloed en bloedproducten zorgvuldig gescreend, wat het risico op besmetting tot nul herleid. Maar mensen die vóór die tijd de infectie hebben opgelopen via bloedtransfusie, blijven een kwetsbare groep. De verwachting is dat het aantal zieken in de hele wereld zal blijven toenemen tot 2010. In mijn praktijk is het aantal leverkankers de jongste jaren met 30% gestegen. Deze evolutie gaat grote problemen scheppen, ook omdat er nu al een schrijnend tekort is aan organen voor transplantatie. Anders dan bij aids beschikken wij niet over budgetten voor research en behandeling."

"Het goede nieuws? Dat de kans op genezing de jongste jaren sterk is toegenomen. Meer dan ÈÈn op drie patiÎnten kunnen we nu al goed behandelen, en in de nabije toekomst verwacht ik nog meer doorbraken."

"Ik wist niet dat het bestond"

SINT-TRUIDEN - "Al acht jaar had ik last van onverklaarbare vermoeidheid, steeds terugkerende misselijkheid, pijn aan de vingertoppen," vertelt Katrien Lammens (40). Zij is lerares van beroep en één van de initiatiefnemers van de Vereniging voor Hepatitis C-Patiënten die in oprichting is.

"Vrienden, familieleden en bekenden reageerden onbegrijpend en sceptisch, alsof ik me aanstelde. Ook de huisarts wist er geen raad mee. Tot op 1 maart 1999 eindelijk de oorzaak van al die ellende werd gevonden: hepatitis C."

"Aanvankelijk reageerde ik opgelucht: eindelijk is de oplossing gevonden! Maar toen wist ik nog niet wat hepatitis C was. Ik had er nog nooit van gehoord, zoals de meeste mensen. Pas toen ik erover ging lezen, besefte ik dat het een ernstige ziekte was en dat ik mijn toekomstplannen kon opbergen. Je moet je job opgeven, opletten dat je niet zwanger wordt... Mijn zelfrespect kreeg fikse klappen."

"Ik heb nu pas een combinatietherapie achter de rug die zes maanden heeft geduurd. De strijd in mijn lichaam tussen de medicatie en het virus was vreselijk! Ik heb me doodziek en ellendig gevoeld. Mijn haar viel uit, de kilo's smolten weg..."

"Dankzij mijn koppig karakter, de steun van mijn partner en mijn vertrouwen in de specialist heb ik het gehaald. Het virus is nu uit mijn lichaam verdreven, maar definitieve zekerheid zal ik pas krijgen in mei volgend jaar. Hoe ik besmet ben geraakt, is nog steeds een raadsel."

J.Vr.

Kind en Gezin-dokter: "goedkope oplossing"

BRUSSEL - Tot dusver moesten ouders, die hun kind wilden laten inenten tegen hepatitis B, met een voorschrift naar de apotheker waar een vaccin 680 frank kost. Aan de Vlaamse overheid kost het vaccin maar 250 frank.

"Ik ben content dat we in BelgiÎ zijn gestart, want de infectiegraad lag te hoog", zegt dokter Bernard Van Caillie, medisch kwaliteitsco–rdinator van Kind en Gezin.

Is er geen gevaar dat baby's slecht reageren op al die vaccinaties? Want ze krijgen ook nog polio, difterie, rubbela, bof... te slikken.

"Nee, er is geen enkele nevenwerking bekend. Die vaccinaties worden ook gefaseerd toegediend, op vier injectiemomenten: op 3, 4, 5 en 13 maanden. Een aantal vaccins worden tegelijk toegediend, en in de toekomst gaan we naar Èén megaspuit met alles erin."

Sinds 1 december is de procedure voor de vaccinaties helemaal hervormd. "Hoofdbedoeling is dat alles goed wordt geregistreerd, om zo per regio te kunnen zien waar de zwakke plekken zijn."

J.Vr.

Paula Semer steunt initiatieven dokters

BRUSSEL - Paula Semer, voormalig tv-producer en senator, lijdt ook aan chronische hepatitis C. Ze vindt baat bij geneesmiddelen uit de bio-pharmaca onder begeleiding van een arts-specialist. Die verbeteren de conditie van de lever en verzachten de neveneffecten, maar werken niet genezend.

"Ik ontmoet geregeld andere patiënten, en wat mij opvalt is dat ze vaak in de kou blijven staan en een gemakkelijke prooi zijn van kwakzalvers. Erg is dat de publieke opinie weinig of niets weet over deze ernstige vorm van leverontsteking. Ook de overheid heeft nog maar weinig belangstelling getoond. Ik sta dan ook achter alle initiatieven die vechten tegen de stigmatisering en vereenzaming van de patiënten".

J.Vr.

Massale inentingscampagne tegen hepatitis B begonnen

ANTWERPEN - Hepatitis B doet nu en dan van zich spreken als er een besmettingshaard opduikt. Want deze vorm van geelzucht is besmettelijker dan de C-variant en even gevaarlijk. Behandeling heeft maar in 50% van de gevallen succes.

Gelukkig is er een doeltreffende vaccinatie beschikbaar. Daarom dat sinds 1 december alle baby's in ons land worden ingeënt. Bedoeling is ook alle 11-jarigen te vaccineren via het Medisch Schooltoezicht.

"Dankzij de vaccinatie blijven de nieuwe generaties levenslang beschermd tegen deze ziekte, die nog steeds veel slachtoffers maakt", zegt professor Pierre Van Damme van het centrum voor epidemiologie (Universiteit Antwerpen). "In België zijn er 70.000 mensen dragers van dit virus. De gevolgen van vaccinatie zijn niet meteen zichtbaar, vandaar een onderschatting van het probleem. Je moet het over 30 jaar zien."

België is één van de eerste landen die met deze massieve vaccinatie-campagne ingaat op een advies van de Wereldgezondheidsorganisatie. Doel is zo snel mogelijk hepatitis B uit de wereld te helpen, zoals eerder is gebeurd is voor polio en pokken.

De voorbereiding van de vaccinatie in België heeft vijf jaar geduurd. Professor Van Damme heeft de kosten-batenanalyse gemaakt. "Daaruit bleek duidelijk dat vaccinatie economisch volledig verantwoord is omdat de gevolgen van de ziekte zo zwaar zijn."

Ook huisartsen kunnen gratis, via de geëigende wegen, het vaccin aanvragen.

6) Belang van Limburg van 20 november 1999 :

Bracht poliovaccin aids over van apen op mensen? - Brits auteur beschuldigt Belgische artsen in Congo-kolonie

De theorie is niet nieuw - ze werd ook al geopperd door de Vlaamse antropoloog en historicus Daniel Vangroenweghe in zijn twee jaar geleden bij EPO verschenen boek 'Aids in Afrika' - en ze wordt met klem tegengesproken door virologen in België en de VS.

Amerika hoort namelijk ook in het plaatje thuis want het was een VS-viroloog (Hilary Koprowski - vorser van Poolse afkomst - van het Wistar Institute in Philadelphia) die in Kongo aan research deed, Èn proeven met apen uitvoerde voor het maken van een poliovaccin en op grote schaal inentingen toepaste. Volgens historicus Vangroenweghe werd de entstof vervaardigd uit weefsels van apennieren. De nieren van dode chimpansees zouden besmet geweest zijn met siv, een virus dat lijkt op het (latere) hiv bij mensen. Volgens de auteur kunnen de polio-vaccinaties de 'apenbesmetting' op de mens overgedragen hebben, waarna een mutatie het hiv deed ontstaan en zorgde voor een wereld-aidscatastrofe.

Ultieme test

Koprowski, die bij de inentingen van honderdduizenden Kongolese kinderen vanaf 1959 de hulp kreeg van artsen van het Antwerpse Instituut voor Tropische Geneeskunde, heeft altijd volgehouden dat hij nierweefsel van chimpansees wel voor tests heeft gebruikt, nooit voor de aanmaak van het vaccin. Waarmee hij de theorie van Vangroenweghe en nu ook die van Edward Hooper op losse schroeven zet.

Het Wistar Institute krijgt overigens nog een kans om de onschuld van Koprowski & Co te bewijzen. Er bestaan namelijk nog stalen van het polio-vaccin uit de jaren '57 tot '60. Zeven jaar geleden, toen de eerste beschuldigingen werden geuit in verband met polio-entstof als grote boosdoener voor het verwekken van aids, werd een eerste partij van het vaccin onderzocht door Zweedse wetenschappers. Niets gevonden, het polio-vaccin ging vrijuit. Er rest nog een tweede partij, en die wordt nu ook onderzocht, door volstrekt onafhankelijke experts. Kropowski hoopt dat de uitslag van die 'ultieme test' hem en al zijn vakgenoten en medewerkers nu van alle blaam zal zuiveren, voorgoed.

Ongeloofwaardig

Belgische virologen als de professoren Jozef Vandepitte en Jan Desmyter, allebei van de KU Leuven waren als medici in de voormalige kolonie rechtstreeks bij het opgeworpen probleem betrokken. Zij verwijzen de theorie van de overdracht door middel van een oraal anti-poliovaccin naar de prullenmand.

Héél intrigerend in het verhaal is de figuur van de uitvinder van die hypothese. Dat is namelijk een obscure New Yorker die zichzelf Louis Pascal noemde - mogelijk een pseudoniem dat verwijst naar Louis Pasteur en Blaise Pascal. Hij heeft nooit voet aan de grond gekregen in gerenommeerde medische vakbladen maar bestookte de wereld een tijdlang met geschriften met een fanatieke, sectaire anti-vaccinatiestrekking. EÈn van zijn slogans was dat 'aids totaal wordt gemanipuleerd door het establishment'. De man - het kan ook een groep zijn - schijnt van de aardbodem verdwenen te zijn.

Maar daarmee is de controverse niet uitgestorven. Al worden de fundamenten van de polio-hypothese door de meeste wetenschappers als wankel betiteld. Dr. Ward Schrooten, aidsdeskundige van het Tropisch Instituut, beaamt dat bij apen virussen zijn teruggevonden die sterk lijken op het aidsvirus bij de mens. Volgens hem is het echter wetenschappelijk helemaal niet bewezen dat er een overdracht van aap naar mens heeft plaatsgehad. Dat is een vermoeden. Mogelijk is er een 'derde bron' die zowel de apen als de mensen besmet heeft. Expert Schrooten acht het ook erg onwaarschijnlijk dat een apenvirus de procedure van de aanmaak van een vaccin zou kunnen overleven. Met andere woorden: de hardnekkige polio-theorie is ongeloofwaardig.

Bizarre theorieën

De Britse auteur Hooper heeft een schijnbaar sterk punt als hij aanstipt dat het allereerste aidsvirus pas werd ontdekt onmiddellijk na de polio-inenting van ongeveer een kwart miljoen zwarten in het gebied van de Grote Meren. ´Maar dat bewijst volstrekt niets," zegt aids-expert Ward Schrooten. ´De factor toeval speelt wel vaker mee. Ten overvloede: als aids inderdaad door het polio-vaccin werd verspreid, moest het op veel grotere schaal bij kinderen zijn voorgekomen. Het patroon dat wij nu kennen, toont aan dat kinderen wel besmet kunnen worden als ze de ziekte bij de geboorte of in de moedermelk van een seropositieve moeder hebben meegekregen maar dat het virus zich overwegend door seksueel contact verspreidt."

De meeste wetenschappers houden het voor mogelijk dat een aidsachtig virus door 'bloedcontact' van aap op mens is overgesprongen, mogelijk bij het slachten van chimpansees. Misschien dateert dat al van de jaren dertig. Een toevallige maar fatale mutatie, een trek naar de steden en een koloniale ontsluiting van zwart Afrika werkten een epidemische uitbreiding in de hand.

Sinds 1980 zijn een aantal fantastische en bizarre theorieën rond aids opgedoken. Een kleine greep uit de reeks:

… Er is ooit geopperd dat experimenten met biologische oorlogsvoering (onder de vleugels van het Pentagon) uit de hand gelopen waren, met aids als gevolg. Nog hallucinanter: aids zou een 'racistisch wapen' zijn geweest om alle zwarten uit te roeien.

… Geheel in de sfeer van de Koude Oorlog en de machtsblokken van toen: aids zou als biologisch wapen door de Sovjetunie de wereld zijn ingestuurd.

… Onuitroeibaar is het verhaal dat aids bij de mens ontstaan is door seksuele betrekkingen tussen mensen en besmette apen.

… Nadat aids werd gevonden bij Amerikaanse homo's - een poos lang heeft de overtuiging geleefd dat aids een exclusieve homoziekte is - werd de oorsprong gezocht op Haïti. Niet volkomen uit de lucht gegrepen: de besmetting kan vanuit Afrika op Haïti beland zijn. Inwijkelingen konden het virus meegebracht hebben naar de States. Maar het kan ook meegereisd zijn met de Amerikanen die een uitstapje hadden gemaakt naar 'seksparadijs Haïti'.

… Sommige mensen zochten de oorzaak in de zogeheten xenotransplantaties, van dierlijke organen voor mensen. Vergezocht, al wordt er wel eens dierlijk materiaal gebruikt, kippenembryo's bijvoorbeeld, bij het maken van vaccins.

… Ooit is voorgehouden dat het dodelijke virus afkomstig is uit het Tropisch Instituut in Antwerpen. Door de 'Congo-connectie', hoogstwaarschijnlijk.