Dornach in de jaren 1914-1915

Zo luidt de titel van een hoofdstuk uit het boek "Erinnerungen an Rudolf Steiner".

Adelheid Petersen vertelt :


[ ... ] "Altijd weer zijn bittere klacht dat er wel geestelijke inzichten "bijeengeraapt en uit het hoofd gereproduceerd worden", maar dat het belangrijkste, het "werk aan zichzelf" verzuimd wordt.

"Iedere dag moet u zich scherper bewust worden dat niet wat u zegt en doet het wezenlijke is, maar wel hoe u innerlijk bent ! Wat u denkt en voelt, en of u voor uzelf in waarheid of in leugen leeft ! De mensheid stevent af op een stijgende zielsverkommering. Dat kan men alleen maar tegengaan door zorg voor het innerlijke, door innerlijk te bouwen aan de ziel. Maar", zo herhaalde hij dikwijls," dat gebeurt eenvoudig niet !"

Rond die tijd vertoefde er in Dornach een jonge vrouw die in zwaar conflict met haar echtgenoot leefde en van hem wilde scheiden. Rudolf Steiner ontfermde zich over haar met oneindige goedheid en geduld. Langzamerhand kwam zij tot een innerlijk evenwicht en schreef haar man dat ze bij hem wilde terugkeren. Nu echter wees deze haar af op een koele, ongenaakbare toon. Vertwijfeld kwam ze met die brief bij Rudolf Steiner. "Jaa", sprak deze,"ziet u, dat is nu eenmaal het resultaat van al die verwijtende, boze, onvriendelijke brieven die ú hem geschreven hebt." - "Maar Herr Doktor", riep zij uit,"ik heb die brieven toch niet verstuurd ! Ik heb ze altijd vernietigd. Ik schreef ze alleen maar om mijn hart te luchten !" -
"Ja", antwoordde Rudolf Steiner, "maar zijn ziel heeft ze allemaal ontvangen."

Dat heeft de betreffende mij zelf verteld.

In een ander geval, waar één van de partijen stijfkoppig en trots bleef, raadde hij aan om 's avonds in gedachten die andere goed toe te spreken, om diens verkeerde inzichten recht te buigen, om hem te kalmeren. Dat zou helpen. En na enkele maanden hielp het.

Maar het viel ook voor dat hij verklaarde dat er in dit aardeleven niets aan te doen was. Eens zei hij :"Daar is niets aan te willen. Laat die mens voor wat hij is."
En toen de gesprekspartner hem verwonderd over deze harde woorden aanstaarde, vervolgde hij:
"Ja, ja, dat is echt gemeend ! Die gaat de weg die hij nu eenmaal ingeslagen heeft, en pas na zijn dood zal hij merken wat hij zichzelf heeft aangedaan. Dan kunt u hem helpen."

Terug naar de anecdotes.